Childstories.org
  • 1
  • Alle sprookjes
    van Grimm
  • 2
  • Gesorteerd op
    leestijd
  • 3
  • Perfect voor
    het voorlezen
De witte slang
De witte slang Märchen

De witte slang - Sprookje van de Gebroeders Grimm

Leestijd voor kinderen: 12 min

Het is nu al heel lang geleden dat er een koning leefde die in het hele land beroemd was om zijn wijsheid. Niets bleef hem onbekend en het leek wel of het nieuws van de meest verborgen dingen door de lucht naar hem toegedragen werd. Hij had echter één zonderlinge gewoonte. Iedere middag, als de tafel was afgeruimd en er niemand meer was, moest een vertrouwde dienaar nog één schotel binnenbrengen. Er was een deksel op en de dienaar wist zelf niet wat er onder lag en niemand wist het, want de koning lichtte het deksel pas op en at er pas van als hij helemaal alleen was. Dat had zo al een hele tijd geduurd, totdat op een dag de dienaar die de schotel moest wegnemen, zó nieuwsgierig werd dat hij de verleiding niet kon weerstaan en de schotel naar zijn kamer bracht. Toen hij de deur zorgvuldig op slot had gedaan, tilde hij het deksel op en zag dat er een witte slang op de schotel lag. Bij het zien daarvan kon hij niet nalaten ervan te proeven. Hij sneed er een stukje af en stak het in zijn mond. Nauwelijks had hij het met zijn tong aangeraakt, of hij hoorde voor zijn venster een wonderlijk gefluister van fijne stemmetjes. Hij liep naar het raam en merkte dat het mussen waren die met elkaar spraken en die elkaar vertelden wat ze zoal in het veld en in het bos hadden gezien. Doordat hij van de slang had gegeten was hij nu in staat de taal der dieren te verstaan.

Nu gebeurde het juist op deze dag dat de koningin haar mooiste ring verloor en de vertrouwde dienaar, die overal toegang had, werd ervan verdacht hem gestolen te hebben. De koning liet hem bij zich komen, schold hem uit en dreigde dat, wanneer hij de volgende morgen de dader niet wist aan te wijzen, hij ervoor zou worden aangezien en berecht worden. Het hielp niets of hij zijn onschuld al betuigde, hij werd zonder meer de kamer uitgestuurd. Hevig verontrust en angstig ging hij naar beneden, de tuin in en dacht erover na, hoe hij zich uit deze nood moest redden. Daar zaten de eenden vredig naast elkaar aan een beekje. Zij streken hun veren glad met hun snavels en voerden een vertrouwelijk gesprek. De dienaar bleef staan luisteren. Zij vertelden elkaar waar zij die morgen zoal hadden rondgescharreld en wat voor lekker voer zij gevonden hadden. Toen zei er een wat bedrukt: „Er is iets wat mij zwaar op de maag ligt. Ik heb een ring die onder het venster van de koningin lag, in de haast mee ingeslikt.“ Toen pakte de dienaar de eend meteen bij de nek, bracht hem naar de keuken en zei tegen de kok: „Slacht deze maar, het is een vette.“

De witte slang Sprookje

„Ja,“ zei de kok en woog hem op de hand, „die heeft alle moeite gedaan om zich vet te mesten en die is er allang aan toe gebraden te worden.“ Hij sneed zijn kop af en toen hij werd schoongemaakt, vonden zij de ring van de koningin in zijn maag. Nu kon de dienaar zonder moeite zijn onschuld aan de koning bewijzen en – daar deze zijn onrechtvaardigheid weer goed wilde maken, stond hij hem toe een gunst te vragen en hij beloofde hem de hoogste erepost aan zijn hof die hij maar wenste.

De dienaar sloeg alles af en vroeg alleen om een paard en reisgeld, want hij wilde erop uittrekken om wat van de wereld te zien. Toen zijn verzoek was ingewilligd ging hij op weg en kwam op een dag langs een vijver waar hij drie vissen zag die tussen het riet bekneld zaten en naar water hapten. Hoewel ze zeggen dat vissen stom zijn, hoorde hij ze toch klagen dat zij zo ellendig moesten sterven.

De witte slang Sprookje

Daar hij een medelijdend hart had steeg hij van zijn paard en gooide de drie gevangenen weer in het water. Zij spartelden van vreugde, staken hun kop boven het water uit en riepen hem toe: „Wij zullen aan je denken en het je vergelden dat je ons gered hebt.“ Hij reed verder en na een poosje scheen het hem toe dat hij voor zijn voeten in het zand een stem hoorde. Hij luisterde en hoorde de koning van de mieren klagen: „Als de mensen ons nu maar met die lompe dieren van het lijf bleven. Daar trapt dat domme paard met zijn zware hoeven zo maar, zonder mededogen mijn onderdanen dood.“ Hij reed een zijweg in en de koning van de mieren riep hem toe: „Wij zullen aan je denken en het je vergelden.“ Zijn weg voerde door een bos waar hij een ravenvader en een ravenmoeder zag die bezig waren hun jongen uit het nest te werpen. „Weg met jullie, galgenbrokken,“ riepen zij, „wij kunnen jullie niet blijven voeden, jullie zijn groot genoeg om zelf voedsel te zoeken.“ De arme jongen lagen op de grond, fladderden en sloegen met hun vleugels en riepen: „Moeten wij, hulpeloze kinderen, zelf ons voedsel zoeken, wij kunnen nog niet eens vliegen. Wij zullen hier van honger moeten sterven.“ De brave jongeling steeg af, doodde het paard met zijn degen en gaf het als voedsel aan de jonge raven. Deze kwamen aanhippen en aten hun buikjes vol. Zij riepen: „Wij zullen aan je denken en het je vergelden.“

De witte slang Sprookje

Nu moest hij zijn eigen benen gebruiken en na een lange weg afgelegd te hebben kwam hij bij een grote stad. Daar was een enorm lawaai en gedrang in de straten en iemand te paard maakte bekend dat de koningsdochter een gemaal zocht, doch wie naar haar hand wilde dingen moest een moeilijke opgave volbrengen en als hem dat niet gelukte, dan verspeelde hij zijn leven. Velen hadden het al geprobeerd, doch tevergeefs hun leven op het spel gezet. Toen de jongeman de koningsdochter zag was hij zo verblind door haar grote schoonheid dat hij alle gevaren vergat. Hij begaf zich naar de koning bij wie hij zich als vrijer meldde.

Dadelijk werd hij naar het strand gebracht waar voor zijn ogen een gouden ring in zee geworpen werd. De koning gebood hem deze ring van de zeebodem naar boven te brengen en voegde eraan toe: „Als je zonder die ring bovenkomt dan word je steeds opnieuw in het water gegooid tot je in de golven omkomt.“ Iedereen had medelijden met de schone jongeling, maar tenslotte liet men hem eenzaam op het strand achter. Toen hij daar zo stond en bij zichzelf overlegde wat te doen, zag hij opeens drie vissen aan komen zwemmen. Dat waren de drie vissen die hij het leven had gered. De middelste had een schelp in zijn bek die hij op het strand aan de voeten van de jongeling neerlegde. Deze raapte de schelp op en toen hij hem opende lag de gouden ring erin. Opgetogen bracht hij de ring naar de koning en verwachtte dat deze hem nu de toegezegde beloning zou geven. Maar de trotse koningsdochter versmaadde hem, toen zij hoorde dat hij niet van gelijke geboorte was. Zij eiste dat hij eerst nog een tweede opgave zou volbrengen. Zij daalde af in de tuin en strooide zelf tien zakken gierst in het gras: „Die moet hij morgen voor zonsopgang opgeraapt hebben,“ sprak zij, „en er mag geen korreltje aan ontbreken.“ De jongeling ging in de tuin zitten en peinsde erover hoe hij deze opgave moest volbrengen, maar hij kon niets bedenken. Hij zat daar heel bedroefd en verwachtte bij het aanbreken van de dag ter dood gebracht te worden. Maar toen de eerste zonnestralen in de tuin vielen, zag hij de zakken alle tien boordevol naast elkaar staan en er ontbrak geen korreltje aan. De koning van de mieren was ’s nachts met zijn duizenden en duizenden mieren gekomen. Vlijtig hadden de dankbare diertjes alle gierst opgeraapt en in de zakken gedaan. De koningsdochter kwam zelf beneden in de tuin kijken en zag met verbazing dat de jongeling volbracht had wat hem was opgedragen. Maar zij had de trots in haar hart nog niet overwonnen en sprak: „Al heeft hij ook de beide opgaven volbracht, ik trouw niet met hem voordat hij mij een appel van de boom des levens heeft gebracht.“ De jongeling wist niet waar de boom des levens stond. Hij ging op weg en was van plan maar door te lopen zolang zijn benen hem wilden dragen maar hij koesterde niet de geringste hoop de boom des levens te vinden. Toen hij, na door drie koninkrijken getrokken te zijn, ’s avonds in een bos kwam, ging hij onder een boom zitten en wilde slapen.

De witte slang Sprookje

Daar hoorde hij opeens geritsel in de takken en er viel een gouden appel in zijn hand. Tegelijkertijd vlogen drie raven naar beneden en gingen op zijn knie zitten. Zij zeiden: „Wij zijn de drie jonge raven die je van de hongerdood hebt gered. Toen wij groot waren en hoorden dat je de gouden appel zocht, zijn wij over de zee gevlogen tot aan het eind van de wereld, waar de boom des levens staat en daar hebben wij de appel voor je gehaald.“

De witte slang Sprookje

Vol vreugde aanvaardde de jongeling de terugtocht en bracht de gouden appel aan de mooie koningsdochter die nu geen uitvluchten meer had. Zij deelden de appel des levens en aten hem samen op. Toen werd haar hart vervuld van liefde voor hem en in ongestoord geluk bereikten zij samen een hoge ouderdom.

Lees nog een kort sprookje (5 min)

LanguagesLearn languages. Double-Tap on one word.Learn languages in context with Childstories.org and Deepl.com.

Informatie voor wetenschappelijke analyse

Kengeta
Waarde
AantalKHM 17
Aarne-Thompson-Uther-IndexATU Typ 673
VertalingenDE, EN, DA, ES, FR, PT, HU, IT, JA, NL, PL, RU, VI, ZH
Leesbaarheidsindex door Björnsson35.3
Flesch-Reading-Ease Index63.7
Flesch–Kincaid Grade-Level9.6
Gunning Fog Index12.4
Coleman–Liau Index9.8
SMOG Index11.5
Geautomatiseerde leesbaarheidsindex9.5
Aantal karakters8.583
Aantal letters6.837
Aantal zinnen75
Aantal woorden1.571
Gemiddeld aantal woorden per zin20,95
Woorden met meer dan 6 letters225
Percentage lange woorden14.3%
Totaal lettergrepen2.264
Gemiddeld aantal lettergrepen per woord1,44
Woorden met drie lettergrepen157
Percentage woorden met drie lettergrepen10%
Vragen, opmerkingen of ervaringsverslagen?

Privacyverklaring.

De beste Sprookjes

Copyright © 2024 -   Over ons | Privacyverklaring |Alle rechten voorbehouden Aangedreven door childstories.org

Keine Internetverbindung


Sie sind nicht mit dem Internet verbunden. Bitte überprüfen Sie Ihre Netzwerkverbindung.


Versuchen Sie Folgendes:


  • 1. Prüfen Sie Ihr Netzwerkkabel, ihren Router oder Ihr Smartphone

  • 2. Aktivieren Sie ihre Mobile Daten -oder WLAN-Verbindung erneut

  • 3. Prüfen Sie das Signal an Ihrem Standort

  • 4. Führen Sie eine Netzwerkdiagnose durch